maandag 30 november 2020

Einde van de dagdag.


Zeventien uur zeven staat te lezen.
Het licht, het daglicht is uitgevallen.
Voorbij zijn de uren waarin ik iets kon doen zoals breien waar ik graag daglicht bij heb.
Ja, de dagen zijn kort, de uren zijn kostbaar.
Dat zijn ze eigenlijk altijd wel, het is zaak ze goed te gebruiken.
Vandaag moest toch echt enkele uren aan de afwas besteed worden.
De kopjes die buiten stonden te wachten in de vrieskou en waar nog restjes koffie in zat hadden geserveerd kunnen worden in een ijscafé.




Maar daarvoor was er ook verse warme koffie bij de veerman te nuttigen, met pepernoten erbij.

Ook liedjes doorgenomen met de accordeon.

De kleuren van mijn breikatoen brachten mij de volgende overwegingen:



Het rood doorkruist mijn blauw.
De felheid van een alles doordringend vuur komt uit mijn binnenste.
Waar ben ik?
Waar was ik?
Waar ga ik naar toe?
Het rood is als een pijl die richting geeft aan mijn ziel.
Ik wil het pakken, maar er naast grijpen is ook niet erg.
Als je maar in de buurt komt
Van dat doel ...

Twee kaarsen geven nu licht in de duisternis.
De kachel nog wat aanporren en dan voor het eten zorgen.
De kabouters kijken toe.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten