woensdag 21 december 2022

Aan het bijkomen van de verschrikkingen van gisteren.: Nog een dag bijgeboekt in de herberg.

 Nog steeds onder de indruk van de modderpoel waarin ik gisteren urenlang moest ploeteren met mijn zwaarbepakte fiets aan de hand.
Dat ik uiteindelijk deze herberg heb gevonden is een zegen maar was ook verre van zelfsprekend.
Het was namelijk al aan het schemeren, regen dreigde toen ik daar in Moron stond.
Ik wilde een hotel, een herberg of in ieder geval een dak boven mijn hoofd, maar hoe kom je daar aan? Hoe doen mensen dat?
In ieder geval met het apparaatje, de tovermachine die alles weet. De vorige twee keren was het gelukt, maar misschien had ik ook wel heel veel geluk dat de beheerders er net waren. Je moest vast en zeker eerst opbellen of op een andere manier reserveren om er zeker van te zijn dat je terecht kunt. Maar dat leek me, zeker nu, een brug te ver.
Ben gereden naar waar ik dacht dat het misschien iets zou zijn.



Maar inderdaad, een gesloten gebouw. Kan ik hier aanbellen om te vragen of ik hier kan slapen? En waar moet dan mijn fiets blijven?
Er stonden wel aanwijzingen hoe je moest reserveren.



Nee, veel te ingewikkeld. Weer kijken op de smartphone en toen vond ik iets van een herberg. Wat is het verschil eigenlijk? Ik wist het niet,maar het leek me dat bij een herberg er meer ruimte omheen is, dus plaats voor de fiets.
Op weg ernaartoe sprak een man me aan en ik  zei hem meteen dat ik een hotel zocht, waarop hij me stellig de andere kant op wees van de plek waar mijn vondst moest  zijn. Ik werd er wanhopig van: "Nee, nee, ik wil daarheen", wat ik  half huilend wel drie keer herhaalde.
Want ik was zo zenuwachtig. Als dit niet lukte, wat moest ik dan? Daar sta ik dan op straat terwijl de avond valt. De stad uitfietsen en alsnog een kampeerplek zoeken in de regen en in de onbeschutte natuur? Of naar een hotel-restaurant dat ik zes kilometer voor Moron voorbij gereden was? Daar kon je zo te zien zo de plaats op rijden. Had ik het maar gedaan, ik had spijt.
Toen ik de man op mijn smartphone de herberg liet zien sloeg hij om."Oh, een herberg, ik dacht dat u een hotel zocht. Ja, herberg Moron, die ken ik, dat is inderdaad deze kant op." En hij liep met me mee tot vlakbij het gebouw. Daar zag ik tot mijn opluchting de deur open staan. Voorbijgangers riepen echter dat ik in het café moest zijn iets verderop, waaruit ik begreep dat daar ook de baas van de herberg werkte en dat klopte. Ik kon mijn oren en ogen niet geloven, ik mocht logeren. En zelfs wees hij me onmiddellijk een plek in een garage aan waar de fiets kon staan.




Mijn kamer bleek niet in het gebouw te zijn waar Hostal Moron op stond, dus een beetje warrig was het allemaal wel voor mij. De man was ook niet erg vriendelijk en behulpzaam. Ik kreeg drie sleutels in de hand met het nummer 18 van mijn kamer en ik moest het maar uitzoeken. De deur van de garage leek dicht te gaan,dus moest ik in de gauwigheid de belangrijkste spullen uit de fietstas halen. In mijn zenuwen moest ik goed opletten om geen belangrijke dingen over het hoofd te zien. Mijn hele systeem lag immers overhoop.
Uiteindelijk bleek vanmorgen dat ik gewoon zelf bij de fiets kan door de garagedeur  open te schuiven. Die was niet op slot.
Vandaag is mijn geest weer een beetje tot rust gekomen door te besluiten hier een dagje te blijven.
Onder andere nam ik me voor in Moron een echte ouderwetse papieren landkaart van Andalusië te kopen. Geen vertrouwen meer in Google Maps na die avonturen die ik meegemaakt heb. De missie liep echter op niets uit. In beide tijdschriftenhandels die ik bezocht waren ze verbaasd dat ik erom vroeg en zelfs in het toeristenbureau wisten ze me niet te vertellen of zo'n kaart in Moron ergens te vinden is, behalve dat ze dachten aan tankstations. Onderweg had ik dat al tevergeefs op twee plaatsen gevraagd.
Het was toch wel mooi om even in Moron rond te kijken. Een ooievaar heeft er zijn intrek genomen op de bovenverdieping van het stadhuis.



Er kwam een stoet geüniformeerde kinderen voorbij:


Op de status van Whatsapp zie je ze lopen.


In een park zie je dit soort kunstwerken:





Vanmiddag in de herberg ben ik ijverig geweest en heb geprobeerd twee van mijn vijf kapotte binnenbanden te repareren. Een vriend vroeg zich af waarom ik dat niet meteen onderweg doe en er meteen een nieuwe binnenband op leg. Reden is dat ik heel gauw dicht sla van de zenuwen uit angst dat de reparatie niet lukt. Van het al of niet slagen van de reparatie hangt veel af. Ik heb niet zoveel vertrouwen in mezelf wat dat betreft. Liever een verse band en als het kan ook nog een nieuwe buitenband, dan kan er normaal gesproken niks meer gebeuren. Behalve in deze periode. Nu gaat na wisseling regelmatig alles weer kapot. Ik kan dus niet genoeg reservebinnenbanden bij me hebben, maar dat aantal is na gisteren weer gereduceerd tot een.
Daarom was het nuttig om vanmiddag twee binnenbanden te plakken. Een beetje minder gespannen was ik hierbij dan wanneer ik het onderweg had moeten doen. Maar toch......

Mijn kamer ingericht als atelier.


Nu maar afwachten of de banden hard blijven.

De kans is redelijk aanwezig dat de reparatie gelukt is. De volgende Decathlon is tachtig kilometer verderop pas.

Zometeen eten koken op mijn gasje. Aanvankelijk wilde ik vandaag ook weer een restaurant opzoeken, maar lekker op mijn eigen manier eten past toch beter bij me.



Eten koken in de multifunctionele pan waarmee ik vanmiddag nog de gaatjes gevonden heb in de binnenbanden.
En morgen? De wereld weer in? De grote wereld met die eindeloze vlaktes? Het ontbreekt me aan de flair. Misschien ben ik nog niet genoeg tot mezelf gekomen na de ontberingen van gisteren en de moessonregens van de afgelopen maand. Weet niet of ik al de kracht heb om weer flink te zijn. Maar het weer is beter. Het slechte weer is voorbij. Dat scheelt.
We zullen zien morgen hoe ik me dan voel morgen bij het opstaan. Desnoods nog maar een dagje erbij hier.
Doeiiiii

Hasta mañana.

                      Tot morgen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten